06/01/2024
Wim Lanfermeijer
Waarom een basisinkomen
Door de sterke toename van technologie (bijv. robots) en automatisering in de samenleving, wordt veel werk, nu verricht door mensen, steeds minder effectief. Voor velen, met name lager geschoolden, een rampzalige ontwikkeling, omdat ze hun baan kwijtraken.
Wat er in feite gebeurt, is dat robots onze menselijke arbeid overnemen en wij hierdoor meer tijd krijgen om te gaan doen wat we leuk en zinvol vinden. De inkomens die mensen verdienden, gaan dan naar de aandeelhouders en de mensen worden als oud vuil afgedankt en in de bijstand gedropt. Grote delen van de beroepsbevolking ondervinden dan negatieve gevolgen van globalisering en robotisering.
Dat hoeft natuurlijk niet. We kunnen simpelweg onze samenleving anders inrichten en anders tegen de begrippen ‘werk’ en ‘inkomen’ aankijken. Wij moeten ons er echter bovenal van bewust zijn dat de opbrengst van de welvaart een gemeenschapsverdienste is en dat we dientengevolge daar ook allemaal recht op hebben. Als we dat doen, pakt robotisering en automatisering juist positief uit: meer vrije tijd en meer geld voor ons allemaal.
Op dit moment bestaat ons sociale stelsel uit een oerwoud aan ingewikkelde regels en toeslagen. Dit heeft twee belangrijke negatieve gevolgen.
Ten eerste zorgt dit voor een hoop bureaucratie, controledrift en procedures. Dit kost niet alleen enorme bedragen maar veroorzaakt ook allerlei privacy-inperkende en soms mensonterende controles.
Ten tweede begrijpen de mensen voor wie al deze toeslagen bedoeld zijn, lang niet altijd waarop ze recht hebben. Dit zorgt voor schrijnende situaties. Het is helaas zo dat mensen die het niet redden om op eigen kracht in hun behoeften te voorzien, ook niet altijd assertief genoeg zijn om aanspraak te maken op de hulp waar ze recht op hebben.
Ook hier geldt het VVD-principe: het recht van de sterkste. Soms weigeren zij zelfs hulp van de overheid vanwege schaamte door het stigma dat rechts Nederland hierop heeft weten te leggen of omdat dit niet strookt met hun eergevoel.
Wat is basisinkomen
Het BI is een gegarandeerd inkomen, verdeeld door de overheid, waarop iedere Nederlander vanaf 18 jaar recht heeft teneinde een menswaardig bestaan te leiden. Het onvoorwaardelijk basisinkomen heeft de volgende vier kenmerken: universeel, individueel, onvoorwaardelijk en toereikend om een volwaardig bestaan in de maatschappij te kunnen leiden.
Universeel: elk persoon, ongeacht leeftijd, geslacht, afkomst, woonplaats heeft recht op het basisinkomen.
Individueel: het basisinkomen wordt per persoon uitgekeerd, en dus niet op basis van een gezin of huishouden.
Onvoorwaardelijk: het basisinkomen is een mensenrecht zonder werkverplichting of inkomenstoets.
Toereikend: het bedrag moet hoog genoeg zijn om een waardige levensstandaard mogelijk te maken, die overeenkomt met de sociale en culturele standaard van het desbetreffende land.
Zonder basisinkomen geen participatiesamenleving
De focus op betaalde arbeid staat de participatiesamenleving in de weg. Het BI sluit aan bij de primaire impuls om te komen tot een eerlijke(r) verdeling van werk, welvaart en inkomen alsmede het vraagstuk hoe onze sociale zekerheid vorm moet krijgen in een alsmaar oprukkende technologische vervanging van arbeid en een repressiever overheid t.a.v. uitkeringsgerechtigden.
‘Sociale zekerheid’ moeten we breder opvatten dan alleen als het systeem dat wij hanteren voor sociale zekerheid voor mensen die anders geen middelen van bestaan zouden hebben, ook al ging het daar oorspronkelijk wel om.
Het gaat hierbij ook om de vraag in wat voor wereld willen we leven? De huidige wereld is een ratrace: ieder voor zich, god voor ons allen. Sociaal & Groen wil een samenleving waarin we zorg hebben voor elkaar en de gemeenschap als geheel. Een wereld waarin wij met elkaar delen en beheren wat ons in de schoot geworpen is door onze welvaart. Daar heeft tenslotte ook iedereen aan bijgedragen.
Wat lost het BI nog meer op:
de afhankelijke positie ten opzichte van werkgever, echtgeno(o)t(e), praktijkvreemde politici, burgervijandige ambtenaren, ouders;
- carrièredwang;
- het recht van de sterkste (rechtse samenleving);
- – vergroting van vrijheid en vereenvoudiging van de stelsels voor belasting en sociale zekerheid;
Standpunt Sociaal & Groen: Nederland wordt het eerste land ter wereld waarin in principe iedereen recht heeft op een gegarandeerd basisinkomen, genoeg om van te leven.
zie ook VPRO basisinkomen
Waarom een basisinkomen
Tenzij rechts-Nederland, populair gesteld, op miljonairs na iedereen in de bijstand wil laten eindigen (het huidige beleid gaat op termijn wel die richting uit), is de invoering van het basisinkomen (hierna ‘BI’), onvermijdelijk. Een aanwijzing daarvoor is dat experimenten daarmee wereldwijd plaatsvinden, zelfs in het ultrarechtse Amerika.
Door de sterke toename van technologie (bijvoorbeeld robots) en automatisering in de samenleving, wordt veel werk verricht door mensen steeds vaker inefficiënt. Voor velen, met name lager geschoolden, een rampzalige ontwikkeling, omdat ze hun baan kwijtraken zonder reëel uitzicht op een nieuwe. Wat er in feite gebeurt, is dat robots ed. betaalde banen overnemen en wij hierdoor meer tijd krijgen om te gaan doen wat we zelf leuk en zinvol vinden. De inkomsten die mensen verdienden, gaan dan naar de aandeelhouders, de mensen worden als oud vuil afgedankt en in de bijstand gedropt. Het zijn grote delen van de meest kwetsbare beroepsbevolking die de negatieve gevolgen van globalisering, automatisering en robotisering gaan ondervinden. Dat proces is nu al ontegenzeggelijk waarneembaar.
Dat hoeft natuurlijk niet. We zullen simpelweg onze samenleving anders moeten inrichten en anders tegen de begrippen ‘werk’, ‘welvaart’ en ‘inkomen’ moeten aankijken. Maar als een psychologische eigenschap, zoals de zucht naar rijkdom, er eenmaal over honderden generaties ingesleten is, verander je die opvatting (werken voor geld) niet zomaar.
Het punt van het BI is juist dat het universeel dient te zijn om de omslag in opvatting te kunnen bewerkstelligen die de wereld nodig heeft.
Wij moeten ons echter bovenal bewust zijn dat de opbrengst van de welvaart een gemeenschapsverdienste is en we dus daar ook allemaal recht op hebben. Als we dat doen, pakt robotisering juist positief uit: meer vrije tijd en meer geld voor ons allemaal.
Als gevolg van die economische en technologische ontwikkelingen hebben we inmiddels ook een toestand van overvloed bereikt die aan alle mensen een bestaan van economische zekerheid kan bieden.
Wat is basisinkomen
Het BI is een gegarandeerd levenslang inkomen, verdeeld door de overheid, waarop iedere Nederlander vanaf 18 jaar recht heeft teneinde een menswaardig bestaan te leiden. Het onvoorwaardelijk BI heeft de volgende vier kenmerken: universeel, individueel, onvoorwaardelijk en toereikend om een volwaardig bestaan in de maatschappij te kunnen leiden.
Universeel: elk persoon, ongeacht leeftijd, geslacht, afkomst, woonplaats heeft recht op het basisinkomen.
Individueel: het basisinkomen wordt per persoon uitgekeerd, en dus niet op basis van een gezin of huishouden.
Onvoorwaardelijk: het basisinkomen is een mensenrecht zonder werkverplichting of inkomenstoets.
Toereikend: het bedrag moet hoog genoeg zijn om een waardige levensstandaard mogelijk te maken, die overeenkomt met de sociale en culturele standaard van het desbetreffende land.
De voordelen van het basisinkomen
Ten eerste kan de overheid zich van een enorme hoeveelheid administratieve taken ontdoen. Er hoeven geen AOW-pensioenen of uitkeringen meer aangevraagd, onderzocht, uitbetaald en gecontroleerd te worden. Hierdoor vallen niet alleen de uitgaven voor AOW-pensioenen en uitkeringen weg. Ook de rijksdiensten die instaan voor zowel uitbetaling als controle, kunnen opgeheven worden.
Ten tweede zal er geen misbruik ontstaan dat de betaalbaarheid in het gedrang brengt. Er zijn immers voldoende studies die erop wijzen dat mensen niet zomaar stoppen met werken vanwege een gegarandeerd inkomen.
Het huidige belang van de extrinsieke motivatie (loon) zal plaatsmaken voor intrinsieke motivatie (de bevrediging van het werk zelf). Deze kunnen samen voorkomen; momenteel helt de balans echter te veel over naar het extrinsieke. Ook ondernemers beginnen dit in te zien, waardoor verscheidene organisaties de jobinhoud en -invulling veranderen door een groter belang te hechten aan intrinsieke motivatie.
Ten derde kunnen (alle) uitkeringen, toeslagen en overheidspensioenen worden afgeschaft.
Op dit moment bestaat ons sociale stelsel uit een oerwoud aan ingewikkelde regels en toeslagen. Dit heeft twee belangrijke negatieve gevolgen.
Ten eerste zorgt dit voor een hoop bureaucratie, controledrift en procedures. Dit kost niet alleen bakken met geld, maar veroorzaakt ook allerlei privacy-inperkende en soms mensonterende controles.
Ten tweede begrijpen de mensen voor wie al deze toeslagen bedoeld zijn, lang niet altijd waarop ze recht op hebben. Dit zorgt voor schrijnende situaties. Het is helaas zo dat mensen die het niet redden om op eigen kracht in hun behoeften te voorzien, ook niet altijd assertief genoeg zijn om aanspraak te maken op de hulp waar ze recht op hebben.
Ook hier geldt het VVD-principe: het recht van de sterkste. Soms wordt zelfs hulp van de overheid geweigerd vanwege schaamte door het stigma dat rechts Nederland hierop heeft weten te leggen of omdat dit niet strookt met hun eergevoel.
Verdere effecten
Er zullen natuurlijk mensen zijn die genoegen nemen met alleen dit BI. Studies naar de gevolgen, met name in Amerika, hebben een niet verwacht positief effect gehad op de productiviteit van de burgers. De verwachting, dat de mens dan op zijn lauweren gaat rusten, bleek geheel anders uit te pakken. Het tegenovergestelde gebeurde: mensen gingen meer participeren in de samenleving, werden actiever en gingen parttime banen aan en meer tijd besteden aan hobby's en sport.
Bovendien bleek dat vooral, maar niet alleen, het zorgen voor familie, vrienden of de gemeenschap toenam. De hele zorgsector en organisaties die voor een groot deel afhangen van vrijwilligers, hebben het tegenwoordig zeer moeilijk om het hoofd boven water te houden. Er komt meer ruimte voor innovatie en creativiteit. Dit kan er op termijn voor zorgen dat een maatschappij te maken krijgt met uitvindingen of aanpassingen die voor zeer veel mensen een serieuze stijging in levensstandaard teweeg kan brengen.
Mensen hebben in het geval van een BI meer geld om uit te geven. Dit betekent naast een serieuze boost voor de economie (en dan vooral de binnenlandse) verder ook dat de betaalbaarheid kan worden gegarandeerd door, indien nodig, de belasting op consumptie te verhogen of de belasting op vermogen (verder) te verhogen.
Als laatste volgt misschien wel het belangrijkste argument: we kunnen gewoonweg niet anders! Steeds meer onderzoekers waarschuwen ervoor dat in de toekomst niet alleen banen voor arbeiders bedreigd worden. De technologische (r)evolutie zal hoe langer hoe meer verzorgingsbanen overnemen (niet alleen handenarbeid is bedreigd).
De uitkering aan een werkloze is maar net hoog genoeg om de kosten van het dagelijkse leven te dragen. Sparen zit er bijgevolg niet in, waardoor het BI in zijn geheel rechtstreeks terugvloeit naar de economie. Geld moet rollen, beweren economen.
Omdat een BI levenslang gegarandeerd is, zullen mensen bijgevolg sneller ondernemen, kunnen eerder een huis kopen (een lening aangaan met een gegarandeerd inkomen wordt immers eenvoudiger) en zou het oppotten bij de middeninkomens (sparen) wel eens drastisch kunnen verminderen. Als men dan bedenkt hoeveel geld er op spaarrekeningen staat, volgt er logischerwijs een enorme boost voor de economie.
Niet alleen mensen met een BI genieten hiervan. Ook werkgevers kunnen een grote duw in de rug verwachten. Bij een BI van € 1.500 per maand zal men eerder “tevreden” zijn met een loon dat lager ligt dan voorheen. Dit geldt waarschijnlijk alleen voor de ‘gewilde’ banen.
Voor de banen met de laagste status werkt het invoeren andersom: álle werknemers krijgen eindelijk effectief loon naar werken. In het huidige systeem worden jobs die lastig, vuil, of slecht voor de gezondheid zijn, vaak -volstrekt onterecht- onderbetaald.
Het zijn nochtans jobs die niemand graag doet. Ze worden minder betaald omdat er meer concurrentie speelt in dit echelon van de arbeidsmarkt. Omdat mensen niet meer verplicht worden om hun arbeid te verrichten tegen een bodemprijs, zullen zij niet meer geneigd zijn dit ‘vuile of zware werk te doen. Voor dergelijke jobs zal bijgevolg een eerlijke prijs betaald moeten worden. Kortom, de onderhandelingspositie van de laagstbetaalden wordt aanzienlijk sterker: er volgt een herwaardering van arbeid.
Zonder basisinkomen geen participatiesamenleving
De focus op betaalde arbeid staat de participatiesamenleving in de weg. Het BI sluit aan bij de primaire impuls om te komen tot een eerlijke(r) verdeling van werk en inkomen alsmede het vraagstuk hoe onze sociale zekerheid vorm moet krijgen in een alsmaar oprukkende technologische vervanging van arbeid en een repressievere overheid t.a.v. uitkeringsgerechtigden. ‘Sociale zekerheid’ moet hier breder worden opgevat dan alleen als het systeem voor mensen die anders geen middelen van bestaan zouden hebben, ook al ging het daar oorspronkelijk wel om.
Het gaat hierbij ook om de vraag in wat voor wereld willen we leven? De huidige wereld is een ratrace: ieder voor zich, god voor ons allen. Of in een wereld die waarin we zorg hebben voor elkaar en de gemeenschap als geheel. Een wereld waarin wij met elkaar delen en beheren wat ons in de schoot geworpen is door onze welvaart.
Wat lost BI nog meer op:
- de afhankelijke positie ten opzichte van werkgever, echtgeno(o)t(e), praktijkvreemde politici, mensvijandige ambtenaren, ouders;
- carrièredwang;
- het recht van de sterkste (rechtse samenleving);
- - vergroting van vrijheid en vereenvoudiging van de stelsels voor belasting en sociale zekerheid;
De financiering van het BI
Het gemeenschappelijk eigendom omvat alle natuurlijke rijkdommen die in principe eindig zijn. Om overbenutting te voorkomen zou de gemeenschap een vergoeding voor het gebruik of de winning van deze hulpbronnen kunnen opleggen. De geïnde belasting kan vervolgens verdeeld worden onder alle mede-eigenaren van deze gemeenschappelijke hulpbronnen, dat wil zeggen alle mensen.
a. Heffing op bezit van vermogen
Privé-eigendom, grootgrond- en woningenbezit en kapitaal zijn belangrijke factoren voor het ontstaan van sociale ongelijkheid en armoede. Door vererving kunnen sommigen rijkdom nalaten aan hun nakomelingen, terwijl anderen zich in de schulden moeten steken om bezit te verwerven. Rijkdom is afhankelijk van de plek waar je wieg staat. Om dit onrecht recht te zetten, leggen we een heffing op in de vorm van een grond- of bronrente, die vervolgens wordt herverdeeld door iedereen een basisinkomen te geven.
b. Heffing op de uitstoot van broeikasgassen
We moeten zorgvuldig omgaan met onze natuurlijke hulpbronnen, omdat ze eindig zijn. Daarom moet de emissie van broeikasgassen aan banden worden gelegd en wel door een belasting op koolstofdioxide. Elk bedrijf zou dus pro rata zijn verbruik van broeikasgassen moeten compenseren door een heffing te betalen. De inkomsten uit deze belasting op de uitstoot van koolstofdioxide zal aan iedereen uitgekeerd worden, omdat wij allen dezelfde rechten op het milieu hebben.
c. Rente op de exploitatie van fossiele grondstoffen
In de Grondwet van Alaska is geregeld dat de olievoorraden aan alle inwoners van Alaska toebehoren. De rente die dit oplevert, wordt onder alle inwoners verdeeld via een onafhankelijk fonds. Dit idee kan door alle landen die rijk zijn aan grondstoffen of natuurlijke rijkdommen, overgenomen worden.
d. Belasten van gebruik persoonlijke gegevens
Het belasten van bedrijven die gebruikmaken van persoonlijke gegevens van internetgebruikers. Het gebruik voor commerciële doeleinden van persoonsgegevens die achtergelaten worden op het internet door bedrijven als Facebook of Google, is een vorm van exploitatie van internetgebruikers, die deze gegevens gratis ter beschikking stellen. Ieder bedrijf moet ‘inkopen’, maar door het stiekeme karakter van databedrijven, gebeurt dat niet.
e. Strijd tegen belastingontduiking
Sociaal & Groen wil belastingparadijzen onmogelijk maken door harmonisatie van de belastingtarieven via een Europees belastingstelsel (in ieder geval Vpb) om belastingontduiking onmogelijk te maken.
De zeer rijke belastingplichtigen en grote multinationale ondernemingen houden hun belastingafdrachten zo laag mogelijk door gebruik te maken van fiscale mazen en kapitaalvlucht naar landen waar belastingheffing het meest gunstig is (Ierland, Verenigd Koninkrijk, België, Zwitserland) of zij wijken uit naar belastingparadijzen (Kaaimaneilanden, Kanaaleilanden, etc.). Deze praktijken zetten landen aan tot fiscale concurrentie, waardoor begrotingsinkomsten voor de staat kleiner worden.
f) Besparingen
Er zullen op diverse gebieden besparingen ontstaan, zoals: minder ziekteverzuim, minder fraude, minder criminaliteit, minder milieuschade, minder nutteloze consumptie, minder schuldsanering.
g) Inkomstenbelasting
Over het basisinkomen wordt geen belasting geheven, dat zou terugbetalen van ontvangen belasting betekenen. Het basisinkomen is eerst en vooral het logische gevolg van solidariteit en de strijd tegen armoede. Ongetwijfeld stijgt de belastingdruk voor huishoudens, maar deze stijging wordt gecompenseerd door het basisinkomen (zodat het besteedbaar inkomen tot ongeveer modaal min of meer gelijk blijft).
h) Afschaffen miljardairs
Sociaal & Groen wil het systeem, dat miljardairs kunnen ontstaan, afschaffen, d.m.v. een superrijkentarief. (zie standpunten Sociaal & Groen).
i) Alle toeslagen, subsidies, uitkeringen en dergelijke kunnen worden afgeschaft
Van het brutobedrag dat het BI kost, mogen we volgens ramingen van het NIBUD 71 miljard euro aftrekken voor besparingen die het basisinkomen oplevert.
j) Meer bestedingen leiden tot meer belastinginkomsten
Tenslotte zullen de extra bestedingen van mensen die met het basisinkomen uit de armoede worden getrokken, leiden tot meer belastinginkomsten.
k) Afschaffen alle controle- en administratieve afdelingen bij gemeenten en UWV
Met de invoering van de BI zijn deze overbodig geworden.
Cijfers
Hieronder volgt een globaal inzicht in de financiele gevolgen. Bij deze berekeningen is uitgegaan van het zogenaamde ‘600/600/300-systeem’, een model dat niet de eerste keuze is van Sociaal & Groen, maar dat als start en concept zou kunnen dienen en inzicht geeft in de gevolgen.
- 600 euro basisinkomen (10,7 miljoen tussen 18-AOW leeftijd) 77 miljard;
- 750 euro basisinkomen ( 3,3 miljoen AOW’ers)* 29.7 miljard;
- woontoeslag van € 600 voor 7,8 miljoen huishoudens 56,2 miljard
- kinderbijslag naar € 300 eerste 2 kids; 3e kid en verder € 100 (net als nu) 8,1 miljard
Totaal kosten 171 miljard
Besparingen
- AOW/ANW afschaffen 39 miljard (Rijksbegroting);
- WAO/WIA/WAJONG verlagen 11,5 miljard (800.000 arbeidsongeschikten gaan € 1200 omlaag. De gemiddelde WAO uitkering is € 1600. Rest WAO uitkering € 400;
- WW verlagen 3,4 miljard (270.000 WW’ers gaan maximaal 1200 € omlaag. De gemiddelde WW uitkering is € 1400. Rest WW uitkering € 150;
- ZW ruim 1 miljard (100.000 ziektewet uitkeringen min € 1200);
- Bijstand 8 miljard (Rijksbegroting 7,0 miljard en 0,7 gemeenten);
- Studiefinanciering 5,1 miljard (Rijksbegroting);
- Participatie fabriek afsch3 miljard (Rijksbegroting);
Totaal besparing huidige systeem van sociale zekerheid: 71 miljard
overige besparingen
- Heffingskortingen, etc afschaffen 51,5 miljard (Sleutel Tabel Financiën);
- Hypotheekrente aftrek naar 0: 14 miljard;
- Eigenwoning forfait afschaffen 3 miljard (Sleutel Tabel Financiën);
- Kindgebonden bud./kinderopvangtsl 9 miljard (Begroting SZ);
- Zorgtoeslag afschaffen 4 miljard;
Totale besparing simpeler belastingsysteem 81,5 miljard;
Besparing aan uitvoeringskosten sociale en fiscale systeem 3 miljard;
Totaal: besparingen 155,5 miljard euro
oplossingen voor het tekort van 15,5 miljard euro
- IB-schijf 13,2 tarief naar 20,35 % (9,15 x 0,838) 7,7 miljard
- 40,85 tarief naar 50 % (9,15 x 0,682) 6,2 miljard
- 51,95 tarief naar 72 % (18,05x 0,134) 2,4 miljard
De kosten en baten zijn daarmee in evenwicht.
IB/premie belastbaar inkomen tot € 20.142 36,65 %
IB/premie belastbaar inkomen € 20.142 en € 34,500 50 % (nu 40,85 %)
IB belastbaar inkomen € 34.500 – € 68.507 50 % (nu 40,85 %)
IB belastbaar inkomen meer dan € 68.507 72 % (nu 51,95 %)
bezwaren van Socoaal & Groen in dit model:
Het BI is te laag. Daardoor moeten nog steeds aanvullende uitkeringen in stand blijven.
Mensen met lage inkomens moeten erop vooruit gaan.
De invoering van de vermogensbelasting (voorstel van Sociaal & Groen) is buiten beschouwing gelaten.
verder info: zie ook VPRO Tegenlicht